Interview met zangeres An-Sofie “Ik wil me verbinden met het publiek”

An-Sofie Moons solo tijdens CineMusic The Special mei 2025

Wie afgelopen mei The Special van CineMusic bezocht heeft haar horen zingen: de Vlaamse An-Sofie Moons. Ze zong onder andere de prachtige solo uit The Good, the Bad and the Ugly. In september is ze opnieuw te horen met het CineMusic-koor. Dit keer in het Concertgebouw in Amsterdam. “Dit is bucketlist-materiaal!”

Hoe oud was je toen je met zingen begon?

“Vanaf mijn tiende heb ik les gekregen op de academie, iets wat ik na schooltijd deed, maar ik denk dat mijn mond daarvoor ook al niet stilstond. Ik ben opgegroeid met muziek. Mijn hele familie maakt muziek.”

En dus besloot je naar het conservatorium te gaan?

“Dat ging iets anders. Ik heb eerst een jaar talen gestudeerd. Maar ik ontdekte dat het niet was voor mij. Omdat ik niet goed wist wat ik wel wilde, ben ik gaan werken. Uiteindelijk vroeg een vriend van me of ik toch niet naar het conservatorium moest gaan. Ik was nooit gestopt met zingen namelijk. Ik dacht eigenlijk dat ik te oud zou zijn, maar het zaadje was geplant en uiteindelijk besloot ik toch auditie te doen bij drie verschillende conservatoria. Tot mijn verbazing werd ik bij alle drie aangenomen. Daar was ik helemaal niet op voorbereid.”

Professioneel zingen betekent ook dat je toneel op moet. Is dat iets wat je altijd al aansprak?

“Ja, op de academie deden we elk jaar een voorstelling. Ik deed dat supergraag. Ik vond het als kind al geweldig om een lied te kunnen brengen en daar mensen mee te raken. Dat zoek ik nog altijd op in de muziek. Ik wil een verhaal brengen, me inleven, zodat ik me kan verbinden met het publiek.”

Wilde je graag de klassieke hoek in?

“Op de academie was het een beetje een verplichting dat je ook klassiek deed. Dat vond ik niet erg, ik ben ermee opgegroeid en vond dat erg mooi. Hoewel ik alles graag deed, klassiek, musical, popmuziek, voelde ik wel dat ik goed was in het klassieke. Ik vond daar snel mijn draai in.”

Hoe ben je met Cine Music in aanraking gekomen?

“Ik zag een oproep voorbijkomen op Facebook voor koorleden voor een filmkoor. Het leek me geweldig. Natuurlijk is het best ver rijden, vanuit België. Maar ik had net een andere auditie gedaan in het zuiden van België en dacht: of ik nu de grens over ga en 2,5 uur rij of ik blijf in hetzelfde land en moet 2,5 uur rijden voor een project. Eigenlijk maakt dat geen verschil. Dus ik besloot auditie te doen.”

Kende je CineMusic daarvoor al?

“Het was voor mij helemaal nieuw. Maar toen ik eenmaal informatie opzocht dacht ik wel: amai, hoe kan dat ik daar nog nooit van gehoord heb? Het orkest deed al zoveel concerten. Bovendien is het echt een groot orkest.”

Hoe bereid je je voor op zo’n auditie?

Voor de eerste auditie mocht ik zelf bedenken welk lied ik wilde brengen. Ik wilde een lied zingen waarin ik mezelf een beetje kon uitleven. Maar wel een lied waarvan ik wist: dat kan ik ook als ik zenuwen heb of ik heb misschien niet goed heb geslapen. Dus ik heb ‘I Could Have Danced All Night’ uit My Fair Lady gezongen. Een beetje musical, maar wel klassiek musical. Zo kon ik de auditie ook een klein beetje theatraal maken door me in te leven in de muziek.”

Wanneer hoorde je dat je een solo mocht zingen?

“Dat was een heel grappig moment. Tijdens de lunchpauze van de eerste repetitiedag met het koor, vroeg Rob (de leider van het koor) of iedereen het oké vond als we een half uurtje eerder zouden stoppen? Vervolgens noemde hij een paar namen die wel langer moesten blijven. Daar zat ik bij, maar wij wisten niet waarom we moesten blijven. Pas later hoorden we dat hij wilde kiezen wie de solo’s mochten zingen.”

Jouw eerste CineMusic-optredens in Nederland waren in de Phil. en in Amare. Hoe vond je dat?

“Oh geweldig, het was zo’n verademing om in zo’n zaal te mogen zingen. De akoestiek van die zalen… alles is ervoor gemaakt de muziek zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen. In zo’n concertzaal draagt de muziek tot het einde van de zaal. Ook als je solo zingt. Je hebt heel direct contact met het publiek.”

En in september sta je met CineMusic in het Concertgebouw!

“Och, toen ik hoorde dat ik solo mocht zingen, was het eerste dat ik zei: oh my god, ik ga solo zingen in het Concertgebouw! Echt ongelofelijk, dit is bucketlist-materiaal. Zo’n bekende, prachtige zaal. Je hoopt dat je ooit eens in zo’n zaal mag zingen, maar weet ook dat die kans niet zo heel groot is.”

Wat vind jij zelf bijzonder aan CineMusic?

“De enorm fijne en professionele mensen die bij CineMusic werken. Dat is iets wat ik ook continu vertel tegen mensen als ze me vragen hoe het is geweest in Nederland. Het is ongelooflijk hoe aangenaam iedereen is in de omgang. Op het toneel voel ik ook echt: ik ben omringd met heel getalenteerde mensen. Niet alleen de musici en koorleden, maar ook de mensen van techniek en iedereen van productie.”

Wat is jouw favoriete stuk uit CineMusic om te zingen?

“Ah, moeilijk. We doen een stuk uit Kuifje. En Kuifje is natuurlijk qua origine Belgisch. Ik ben zelf opgegroeid met de tekenfilm. Maar mijn solo is vlak na Kuifje tijdens de voorstelling. Daarom moet ik vlak voordat Kuifje begint van het podium af en backstage wachten. Maar dat betekent dat ik Kuifje niet mee kan zingen en dat vind ik zó jammer. Daarom heb ik gevraagd of ik dan backstage mee mag zingen en zo doe ik dat nu.”

Doe je volgend seizoen weer mee als CineMusic The Special speelt?

“Absoluut. Ik hou mijn agenda er nu al voor vrij. Wat ik er ook voor moet doen, ik wil er sowieso bij zijn.”

Waar kunnen we jou verder nog horen en zien het komend seizoen?

“Ik heb nog een paar projecten in het buitenland staan. En daarnaast doe ik vooral kleinere concertjes. Zoals zingen op een trouwfeest of bij privégelegenheden. Het grootste project dat er nu in m’n agenda staat is in maart 2026. Dan mag ik de rol van Lucy spelen in de musical Jekyll en Hyde. Dat is voor het gezelschap ‘De Speling’ in Antwerpen.”